Close Up: Projectleider Partnerships & Impact

Marieke Simons

Wie zouden deze voorstelling over dementie móeten zien? En hoe krijgen we hen de theaterzaal in? Marieke Simons, als freelancer gespecialiseerd in partnerships en maatschappelijke impact voor theaters, theatergezelschappen en individuele makers, heeft het antwoord. Speciaal voor Close Up legt ze uit hoe ze rondom elke voorstelling het juiste ‘netwerk’ creëert én welke mooie ontmoetingen dat oplevert.

Het kan zo maar gebeuren dat Marieke Simons (45) voor haar werk contact heeft met een kinderarts, een mantelzorgorganisatie of een bouwbedrijf. Ze zet zich sinds 2005 in om maatschappelijk geëngageerde voorstellingen bij een breed publiek onder de aandacht te brengen en zo het maatschappelijk bewustzijn over de thema’s die ze aansnijden, te vergroten. Het liefste heeft ze daarom zoveel mogelijk mensen in de theaterzaal die in hun persoonlijke of werkende leven te maken hebben met de onderwerpen uit de voorstellingen: dementie, een zorgintensief kind of ouderenzorg, bijvoorbeeld. Om deze groep te bereiken is reguliere theatermarketing (denk aan flyers, posters en mails aan mensen die al eerder een voorstelling hebben bezocht) vaak onvoldoende. Simons wacht daarom niet af of deze mensen de voorstelling zelf weten te vinden, maar gaat actief naar hen op zoek.

‘Ik begin bij het vaststellen van mijn ‘ideale’ publiek. Daarvoor kijk ik naar de voorstelling zelf: waar gaat die precies over? Voor wie zou hij interessant kunnen zijn?’, vertelt Simons. ‘Omdat de voorstelling vaak nog niet af is wanneer ik met mijn werk begin, bevraag ik daarnaast de makers: wat is voor hen de kern van dit verhaal? Voor wie hebben ze hun stuk gemaakt en wat willen ze ermee teweegbrengen?’ Bij ‘Je kunt me gerust een geheim vertellen, een positief verhaal over dementie’ van theatergezelschap MATZER, was voor de makers al vanaf het begin duidelijk dat ze de voorstelling het liefste wilden spelen voor familieleden en mantelzorgers van mensen met dementie, en ook voor zorgprofessionals. Een voorstelling over de gevaren van het gebruik van mobiele telefoons in het verkeer daarentegen kan voor scholieren, maar ook voor hun docenten, of drukbezette zakenmensen van belang zijn – wie raakt er niet afgeleid door een binnenkomend appje? Zo is het altijd van belang slimme dwarsverbanden te leggen, legt Simons uit. Een voorstelling die laat zien hoe diep de zorg voor een zorgintensief kind ingrijpt op het leven van diens ouders, is uiteraard interessant voor dit soort ouders, maar misschien ook leerzaam voor hun familie en vrienden, of voor de kinderartsen die deze kinderen begeleiden.

Waar zit ons publiek en hoe kunnen we zoveel mogelijk impact genereren voor dit specifieke onderwerp?

Juist dit creatieve denkwerk maakt dit vak voor Simons – die als afgestudeerd docerend theatermaker (én hotelmanager) ook theatermakers en -gezelschappen helpt met fondsaanvragen en het bepalen van hun koers – zo uitdagend. ‘Dat ondernemende, dát vind ik leuk: waar kunnen we als gezelschap nog meer van waarde zijn? Waar zit ons publiek en hoe kunnen we zoveel mogelijk impact genereren voor dit specifieke onderwerp?’ Ze mist het hierdoor niet om zelf werk te maken of op de planken te staan. ‘Ik kan hier al mijn creativiteit in kwijt.’

Voorstelling Broos van theatergezelschap MATZER – foto door Karin Jonkers

Persoonlijk contact
Voor elke speellocatie gaat Simons op zoek naar mensen uit de betreffende regio die haar een beeld kunnen geven van de lokale organisaties die een band hebben met haar beoogde publiek. ‘Mijn werk begint bij persoonlijk contact. Ik vertel mensen over de voorstelling en zorg dat ze snappen waar ik naar op zoek ben.’ Vaak kiest Simons iemand bij een organisatie met een grote achterban, zoals een gemeentelijke of zorginstantie, maar het kan ook gebeuren dat ze op LinkedIn op iemand stuit die een persoonlijke of professionele band heeft met het onderwerp van de voorstelling.

Aan de hand van de tips van deze eerste contacten gevolgd door verder onderzoek, ontstaat een lange lijst van regionale zorg- en overheidsinstanties, en vaak ook bibliotheken, scholen, lotgenotengroepen en individuen wiens netwerk interesse zou kunnen hebben in de voorstelling. De volgende fase in Simons’ speurtocht breekt aan: ze gaat de hele lijst langs om haar contactpersoon bij iedere organisatie persoonlijk enthousiast te maken, zodat zij de voorstelling kunnen aanbevelen bij hun achterban.

Daar gaat een hele hoop tijd in zitten, benadrukt Simons. ‘Dit werk wordt vaak gezien als iets wat men er ‘wel even bij doet’, maar het leggen van al die verbindingen, het voeren van de gesprekken en het enthousiasmeren van ál die mensen is niet in een middagje gedaan. Je moet als gezelschap of theater tijd en geld vrijmaken voor het creëren van dit soort netwerken. Alleen dan krijg je iets in beweging.’

Je moet als gezelschap of theater tijd en geld vrijmaken voor het creëren van dit soort netwerken. Alleen dan krijg je iets in beweging

Niet iedereen is enthousiast te krijgen, anderen laten niets horen. Toch blijkt elke keer opnieuw: wanneer Simons de ‘juiste’ mensen weet te bereiken, bestaat er voor elke voorstelling voldoende publiek. Het helpt daarbij om een beetje doortastend te werk te gaan, lacht Simons. Wil ze bijvoorbeeld een plaatselijk ziekenhuis betrekken bij haar ‘netwerk’ rondom een voorstelling, dan neemt ze rechtstreeks contact op met een van de kinderartsen daar. ‘Dat werkt beter dan mailen naar het algemene e-mailadres van het ziekenhuis: zo heb je meteen de mensen te pakken om wie het gaat.’ Over het algemeen reageren mensen blij verrast, vertelt ze: ‘Wat een mooie voorstelling, dat ik daar nog niet van had gehoord!’ En als zo’n arts of medewerker van een grote mantelzorgorganisatie de voorstelling vervolgens onder de aandacht brengt van hun achterban, dan zit de zaal gewoon vol.’

Soms zit de zaal al vol nog voordat een voorstelling is geboekt. ‘Een kinderarts uit Hoorn zag Broos van theatergroep MATZER over de zorg voor een zorgintensief kind, in Stadsschouwburg Utrecht en was zo geraakt dat ze mij vroeg of de voorstelling ook naar Hoorn kon komen, zodat ze hem aan al haar collega’s kon laten zien. Ik ga dan direct ‘aan’: ik vroeg haar om in het ziekenhuis te inventariseren hoeveel mensen interesse zouden hebben, terwijl ik contact opnam met de gemeente, MEE (ondersteunt mantelzorgers, red.), Humanitas (biedt mensen sociaal-maatschappelijke hulp dankzij de inzet van vrijwilligers, red.), de GGD enzovoorts, om de mensen daar enthousiast te maken.’ Pas toen er via het ziekenhuis en de verschillende instanties al zo’n 300 belangstellenden waren, belde Simons de schouwburg in Hoorn. ‘Een theaterprogrammeur werkt traditioneel gezien natuurlijk andersom: zij programmeert een mooie voorstelling en zoekt daar vervolgens publiek bij. Nu was het publiek er al!’ Uiteindelijk boekte het theater drie voorstellingen en was ruim de helft van de kaartjes al maanden van tevoren verkocht. De voorstelling in het Grand Theatre in Groningen was dankzij dezelfde werkwijze zelfs al negen maanden van tevoren uitverkocht.

Voorstelling Broos van theatergezelschap MATZER – foto door Karin Jonkers

Lokale inbedding
Naast het vínden van publiek, kan er ook publiek worden ‘gecreëerd’, weet Simons dankzij haar werk voor theatergezelschap MINOUX: met de inzet van lokale spelers wordt een voorstelling direct relevanter voor de mensen uit die regio. In de voorstelling POW WOW, over onze omgang met ouderen en met ouder worden, speelt namelijk een ‘Bende van Alzheimer’ mee: een groep van 10-15 zeventigplussers die vertelt over hun kijk op hun eigen ouderdomsproces. Toen de programmeur van de Maaspoort in Venlo twijfelde over het boeken van POW WOW, kwamen Simons en zij overeen om de vaste ‘Bende’ te vervangen door Venlose ouderen. ‘Zo maak je een project direct heel lokaal’, legt Simons uit. ‘Dat is voor het publiek, het theater en de lokale pers veel interessanter dan een landelijk gezelschap dat ook ‘even’ naar Venlo komt. Deze door ons zelfgebouwde community van 21 Venlose senioren speelde met groot plezier vijf voorstellingen en wordt ook in de toekomst betrokken bij projecten in de Maaspoort. Bovendien bereik je dankzij het netwerk van deze mensen – hun familie, vrienden en buren – weer een heel nieuw publiek.’

Lokale spelers zijn voor publiek, theater en lokale pers veel interessanter dan een landelijk gezelschap dat ook ‘even’ naar Venlo komt

Na het succes in Venlo zal MINOUX deze aanpak de komende jaren vaker toepassen, vertelt Simons. Hun nieuwe voorstelling Ouderpardon, over opvoeden en ouderschap die vanaf november langs de Nederlandse theaters zal toeren en daarnaast Zuid-Afrika, Wenen en Berlijn zal aandoen, krijgt op elke speellocatie versterking van een nieuwe groep van zo’n 15 tot 25 kinderen uit de omgeving. ‘Dankzij de achterban van die kinderen – hun ouders, vrienden en scholen bijvoorbeeld – heb je meteen een mooie lokale inbedding in zo’n gemeenschap. Daarnaast betrekken we ook hier organisaties uit de omgeving bij de voorstelling. Zo kunnen we in elke stad meerdere voorstellingen spelen, genereren we meer impact én brengen we een maatschappelijke dialoog tot stand over dit onderwerp. Bij een vaststaande voorstelling zou je als potentiële bezoeker kunnen denken: dit gaat niet over mij, waarom zou ik me interesseren voor Nederlandse ideeën over opvoeding? Nu denkt iemand misschien: mijn buurmeisje speelt mee, ik ga toch even kijken.’

Voorstelling Moeder mag niet dood van theatergezelschap MINOUX – foto door Karin Jonkers

Kunst met een boodschap
Het effect dat de voorstellingen hebben op het publiek is voor Simons een belangrijke drijfveer. Neem de voorstelling Broos. ‘Daarin volgen we vanuit het perspectief van haar moeder de zorg voor een meisje vanaf het moment dat ze geboren wordt totdat ze uit huis gaat. De ouders in de zaal voelen zich door onze vertelling vaak zó gezien, zó gesteund.’ Theater is bij uitstek de manier om het maatschappelijk bewustzijn over dit soort onderwerpen te vergroten, vindt Simons, die daarom haar best doet zowel mensen met binding met een bepaald thema als ‘reguliere’ theaterliefhebbers in de zaal te krijgen. ‘Theater is live: op het toneel wordt gespeeld, gezongen, muziek gemaakt. Je raakt mensen in het hart, zo kun je ze ontzettend goed meenemen in een bepaalde ervaring.’ Wanneer het publiek tijdens of na de voorstelling wordt aangemoedigd met elkaar in gesprek te gaan, wordt dat effect nog eens versterkt, weet Simons. ‘Als een ouder naast je in tranen vertelt over diens eigen ervaringen met hun kind, dan komt dat wel binnen.’

Als een ouder naast je in tranen vertelt over diens eigen ervaringen met hun kind, dan komt dat wel binnen

Ze vertelt over de keer dat MATZER Smart, een voorstelling over een dodelijk ongeluk in het verkeer, speelde als besloten voorstelling voor bouwbedrijf Heijmans. Simons: ‘Het verhaal wordt verteld vanuit het perspectief van de dader. Je kunt je lange tijd goed verplaatsen in de acties van die persoon, tot het ineens misgaat. Na afloop zaten die stoere vrachtwagenchauffeurs en bouwvakkers daar met tranen in hun ogen.’ Ze zou niet kunnen werken voor gezelschappen zonder maatschappelijk engagement, peinst Simons. ‘Kunst alleen om de kunst zegt mij niet zoveel. Ik heb gezien wat kunst teweeg kan brengen wanneer het een boodschap in zich draagt. Die extra laag geeft het geheel voor mij extra waarde.’

De meeste mensen in de cultuursector werken vanuit een grote passie voor hun beroep. Het zijn vaak bijzondere beroepen. In onze rubriek Close Up zoeken we uit wat deze beroepen inhouden.

Tekst: Nienke Piena, Culturele vacatures
Datum: 01/03/2024