Wat kunnen de kunstsector & de gezondheidszorg sámen voor moois voortbrengen?

Divo Paul Walthaus van Diva Dichtbij met een deelneemster

Op doktersrecept naar een toneelvoorstelling? Of professionele zangers aan je ziekenhuisbed? Van het opfleuren van ziekenhuisgangen tot een virtual reality installatie over schizofrenie: kunst raakt steeds meer ingebed in de welzijns- en zorgsector. Bovendien zoeken kunstenaars door middel van hun werk steeds vaker de connectie met burgers over sociaal-maatschappelijke kwesties via zogenaamde ‘participatieve kunstpraktijken’.

Op doktersrecept naar een toneelvoorstelling? Of professionele zangers aan je ziekenhuisbed? Van het opfleuren van ziekenhuisgangen tot een virtual reality installatie over schizofrenie: kunst raakt steeds meer ingebed in de welzijns- en zorgsector. Bovendien zoeken kunstenaars door middel van hun werk steeds vaker de connectie met burgers over sociaal-maatschappelijke kwesties via zogenaamde ‘participatieve kunstpraktijken’.

Kunst, zorg en welzijn hebben elkaar veel te bieden, is de consensus tussen professionals die zich op dit snijvlak bewegen. Kunst- en cultuuruitingen kunnen mensen plezier, afleiding en zelfvertrouwen bieden of uiting geven aan thema’s waar patiënten mee worstelen. Actieve deelname aan kunstprojecten – het beoefenen of bezoeken van kunst – kan zo een bijdrage leveren aan het welbevinden van mensen, vooral bij klachten van psychosociale aard.

De toegenomen belangstelling voor deze inzet van kunst vloeit voort uit een nieuwe benadering van gezondheid, die zijn opkomst maakt in de zorgsector. In We care, een speciaal magazine over de kruisbestuiving tussen kunst, zorg en gezondheid legt Atty Bax, kunstadviseur Kunstloc Brabant dit toe: “De term ‘positieve gezondheid’ staat voor het besef dat gezond zijn en je gezond voelen om veel meer draait dan psychische of lichamelijke gezondheid alleen. Gezondheid is ook zingeving, een doel hebben in je leven of ervoor zorgen dat je de regie over je leven terug krijgt”.

Positieve gezondheid
Het begrip ‘positieve gezondheid’ werd in het leven geroepen door huisarts en onderzoeker Machteld Huber. Zij introduceerde het in 2012 als nieuwe definitie van gezondheid. Zij ziet gezondheid als “het vermogen van mensen zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven.” (bron: ZonMw. ZonMw financiert innovatie en onderzoek in de gezondheidszorg.)

Huber is van mening dat mensen zelf goed weten wat hen kan helpen sterker en gezonder in hun schoenen te staan bij fysieke of mentale problemen. Zij gelooft dat huisartsen hun werk daarom anders zouden moeten benaderen. “Je komt niet met een advies, maar je luistert naar wat de patiënt belangrijk vindt. Zingeving is het sterkste gezond makende middel dat er is. Een patiënt die zin ervaart, kan heel veel klachten dragen, omdat hij op andere dingen focust. Het gaat erom dat je mensen helpt zelf te voelen wat ze moeten doen. Dat bevordert hun eigen regie en veerkracht.”

Cover We Care

Zingeving
Kunst kan mensen helpen deze zingeving te vinden. Het aantal ‘culturele interventies’ – speciaal kunstaanbod waar mensen onder andere via de huisarts mee in aanraking kunnen komen – is de afgelopen jaren gestaag toegenomen. Stichting Diva Dichtbij bijvoorbeeld verzorgt intieme optredens door professionele zangers voor langdurig zieken. In het Dordrechts Museum, het Stedelijk Museum en het Van Abbemuseum kunnen mensen met dementie samen met hun dierbaren speciale rondleidingen volgen. Via Kunst op Recept (een samenwerking van De Roerdomp, DE KOM en het LKCA) kunnen deelnemers een instrument leren bespelen, een kunstwerk maken over het eigen leven of met een maatje naar theater, concert of museum.

Dans en muziek als therapie
Ook op fysiek gebied kan kunst van waarde zijn voor patiënten. De danslessen van Dance for Health bijvoorbeeld brengen bij veel deelnemers naast plezier ook lichamelijke verbetering teweeg. De organisatie biedt een speciale combinatie van moderne dans, ballet en fysiotherapie aan te bieden voor mensen met parkinson, reuma en MS. Bovendien is inmiddels wetenschappelijk bewezen dat muziek mensen met hersenstoornissen en hersenletsels kan helpen hun taal en motoriek te herwinnen. Tijdens muziektherapie worden de hersenen geprikkeld om via alternatieve verbindingen de taken van beschadigde hersennetwerken over te nemen. Zo kunnen verloren vaardigheden hersteld worden.

In het artikel ‘De helende kracht van muziek’ van William Forde Thompson en Gottfried Schlaug in het blad Eos Psyche & Brein worden nog meer therapeutische toepassingen van muziek vermeld. Zo zou een nieuw ontwikkelde methode van muziektherapie kinderen met autisme kunnen helpen met het ontwikkelen van hun sociale vaardigheden, taalvaardigheid en motoriek. Ook kan zogeheten notch-therapie mensen met tonale tinnitus helpen hun zenuwnetwerk voor bepaalde toonhoogtes – die bij hen zorgen voor een storend fantoomgeluid – weer bij te stellen. Daarnaast lijken mensen die hun leven lang musiceren beter beschermd tegen dementie.

Ook als je niet ‘ziek’ bent, maar bijvoorbeeld eenzaam, kan kunst verlichting bieden. Via ‘Hier Besta Ik. Kunstenaars portretteren eenzaamheid‘ zochten beeldend kunstenaars, schrijvers en fotografen contact met eenzame Amsterdammers. Ze bezochten hen regelmatig en langdurig, praatten met hen over het leven en ‘schonken’ in ruil daarvoor een kunstwerk aan de deelnemers. Kunst- en cultuurprojecten helpen ook statushouders hun sociale netwerk en aantal betekenisvolle contacten uit te breiden, blijkt uit onderzoek van LKCA en Kennisplatform Integratie en Samenleving.

Mensen in de zorg moeten nog meer overtuigd raken van het positieve effect van kunst op gezondheid

Cover Eos Psyche & Brein

Gebrek aan gestructureerd overheidsbeleid
Het ontbreekt nog aan een overzicht van de activiteiten en effecten van al deze goedbedoelende projecten. “Mensen in de zorg moeten nog meer overtuigd raken van het positieve effect van kunst op gezondheid,” stelt Henk Smid, directeur van ZonMw in het interview voor We Care. Dat kunst en cultuur nog niet genoeg ingebed zijn in de zorg en ondersteuning komt volgens hem deels omdat het positieve effect ervan op de kwaliteit van leven van patiënten op dit moment nog onvoldoende onderzocht en dus onvoldoende wetenschappelijk onderbouwd is. Smid: “We weten dat het er is, maar we moeten dit nog beter in kaart brengen.”

De kennis hierover uit onderzoek, beleid en de praktijk is onvolledig en versnipperd, concludeert ook het rapport Kunst en positieve gezondheid (de studie werd in voorjaar 2017 in opdracht van het OCW via ZonMw uitgevoerd door een consortium van Hogeschool Windesheim, Landelijk Kennisinstituut Cultuureducatie en Amateurkunst (LKCA) en Movisie).

Uit het rapport: “Het aanbod van culturele interventies in Nederland is zeer divers qua kunstdiscipline en schaalgrootte. De laatste jaren zijn er vooral veel culturele interventies voor kwetsbare ouderen georganiseerd, onder meer als gevolg van het nationale meerjarenprogramma Lang Leve Kunst (2013-2016). De meeste interventies zijn gericht op het verbeteren van de kwaliteit van leven en/of de mentale gezondheid en/of op het stimuleren van sociaal-maatschappelijke participatie onder de deelnemers.” (…) “Doordat binnen het zorgdomein, zowel bij zorginstellingen als zorgkantoren en zorgverzekeraars, (doorgaans) geen geoormerkt budget is om culturele interventies te bekostigen en zorginstellingen vaak onwetend zijn over culturele interventies en de mogelijkheden voor financiering binnen bijvoorbeeld dagbesteding, zijn de meeste interventies voor de financiering momenteel afhankelijk van subsidies van fondsen, gemeenten, provincies en andere subsidieverstrekkers.”

Ook wordt de samenwerking tussen kunstsector en gezondheidszorg nog onvoldoende door overheidsbeleid ondersteund, stellen de onderzoekers. Dat komt onder meer omdat er nog weinig ‘harde’ bewijzen bestaan voor effecten van kunst op de positieve gezondheid van zorgontvangers. Duurzame financiering, faciliterend beleid en goede samenwerking tussen professionals en deelnemers moeten het aantal succesvolle projecten tussen kunst, cultuur en de zorg- en welzijnssector in de toekomst bevorderen.

Leren van Cultuureducatie met Kwaliteit
“Om het volledige potentieel van beide werelden te benutten, is een transitie broodnodig”, benadrukken ook Gertjan Endedijk (directeur-bestuurder van Stichting Nieuwe Veste) en Mark van Beers (sectormanager GGD West-Brabant) in een interview met Mestmag over dit onderwerp. Zij betogen dat de kunst- en zorgsector kunnen leren van de huidige samenwerking tussen kunst en onderwijs, vormgegeven in Cultuureducatie met Kwaliteit. Deze regeling heeft het kunst- en cultuuraanbod goed ingebed in het onderwijscurriculum en het aanbod gestructureerd.

Endedijk en van Beers analyseren waarom Cultuureducatie met Kwaliteit zo goed werkt: er is in het onderwijs nu minder wildgroei aan onsamenhangende kunstprojecten. Projecten die onder de regeling vallen, moeten aan duidelijke doelen voldoen én passen in de doorlopende leerlijnen. Ook is de financiering veranderd: van budget per activiteit is er nu doorlopende financiering op landelijk, provinciaal en lokaal niveau. Bovendien worden docenten getraind op het gebied van cultuureducatie, waardoor het draagvlak binnen de scholen sterk is toegenomen. Een soortgelijke aanpak zou ook voor de gezondheidszorg de weg vooruit zijn, menen zij.

Participatieve kunstpraktijken
Een andere vorm waarin kunst en zorg elkaar vinden zijn ‘participatieve kunstpraktijken’. Deze projecten, gericht op maatschappelijke vraagstukken, zijn voor kunstenaars een manier om aansluiting te vinden bij de samenleving, iets waar binnen de cultuursector in het algemeen steeds meer behoefte lijkt te zijn. Zoals Els Maas, loopbaancoach in de kunstensector, onlangs vertelde in een interview voor het blog van Culturele vacatures: “Soms missen mensen de dialoog met ‘gewone’ mensen buiten de kunstsector.” Ook de wens directer iets voor anderen te kunnen betekenen, speelt een rol.

Kunstenaars werken in participatieve projecten samen met mensen uit hun leefomgeving. De kunstuiting vindt vaak plaats op straat of in een buurtcentrum. Zo ook het kunstwerk STEEKment dat in Centrale Bibliotheek Rotterdam te zien is. Het werk kwam tot stand dankzij een bijeenkomst van de breiclub in de bibliotheek en een workshop in de Willem de Kooning Academie, georganiseerd door kunstenaars Anne Fleur van der Vloed en Charlotte Jansen. Op de wekelijkse breiclubbijeenkomste vonden gesprekken en brainstormsessies plaats de deelnemers over wat zij maakten en waarom, de stad Rotterdam en wat de middagen in de bibliotheek voor hen betekenden. Op basis van die gesprekken is het ontwerp voor de installatie ontstaan.

Kunstwerk STEEKment van Anne Fleur van der Vloed en Charlotte Jansen

Werken in deze context vraagt een heel andere rol van kunstenaars, betoogt Rina Visser-Rotgans die onlangs promoveerde op de rol over de rol en betekenis van de kunstenaar in deze ‘participatieve kunstpraktijken’. “Coach, docent, regisseur, schakel in sociale relaties: de kunstenaar is het allemaal,” betoogt zij. De ‘betekenis’ en schoonheid van de kunst in deze projecten verschuift van het eindresultaat naar het proces (hoewel de focus verschilt per kunstenaar). De interactie tussen deelnemer, kunstenaar en het project verwordt zo ook tot kunst. Dankzij deze projecten ontwikkelen deelnemers een nieuw perspectief op de wereld om hen heen, concludeert Visser-Rotgans. Zo wordt gewerkt aan sociale cohesie, wederzijds begrip en nieuwe uitingsvormen voor de betrokken burgers.

Het aanbod op het snijvlak van kunst en gezondheid mag dan nog niet overal even goed gestructureerd zijn en de effecten ervan nog niet uitputtend wetenschappelijk onderzocht, de positieve effecten voor de deelnemers blijven in de tussentijd gelukkig niet uit.

Meer lezen?

 

Tekst: Nienke Piena, Culturele vacatures
Datum: 11/04/2019