Energie wordt duurder, kunst en cultuur ook?

De verlichting aan de buitenkant van TivoliVredenburg staat tegenwoordig uit. Foto: Jelmer de Haas

De energiecrisis vormt een nieuwe grote uitdaging voor de cultuursector. Zo zag TivoliVredenburg de energiekosten stijgen van vier ton naar meer dan één miljoen euro. Daarmee lijkt overheidssteun de enige structurele oplossing. Maar wat doet de cultuursector zelf om de crisis het hoofd te bieden? En wat gaat de bezoeker merken van de crisis? Kunnen we hogere ticketprijzen verwachten? We spraken erover met TivoliVredenburg – een van de grootste culturele instellingen van ons land – en het Gentse kunstencentrum VIERNULVIER, dat met hun Pay what you can-systeem voor de troepen uit loopt.

Door de coronacrisis zagen veel culturele instellingen de afgelopen jaren hun zorgvuldig opgebouwde reserves in korte tijd volledig verdampen. Het vet op de botten was al weg toen afgelopen voorjaar de oorlog in Oekraïne begon en als neveneffect daarvan ook de energiecrisis de kop opstak. De gehele cultuursector zag met lede ogen aan hoe de afgelopen maanden de energieprijzen door het dak schoten. Een verviervoudiging van de kosten was geen bijzonderheid. Ook voor bezoekers van kunst en cultuur stegen de kosten in levensonderhoud, waardoor de prioriteit voor sommigen logischerwijs verschoof van culturele uitjes naar de energierekening.

Veel culturele instellingen doen het liever niet, maar worden gezien de huidige situatie vroeg of laat gedwongen om de hogere kosten door te berekenen aan de bezoeker. Niemand is daar blij mee. Daarom klinkt er een steeds luidere roep om meer overheidssteun. De Taskforce Culturele en Creatieve Sector, een in maart 2020 vanwege de coronacrisis opgericht samenwerkingsverband van ruim honderd Nederlandse branche-, beroeps- en belangenorganisaties, riep de overheid een aantal maanden geleden al op om extra storting in het gemeentefonds en een indexatie van de subsidies. Veel podia dreigen in de financiële problemen te komen door de stijgende energiekosten en inflatie, aldus de Vereniging van Schouwburgen en Concertgebouw Directies. De Nederlandse Vereniging van Bioscopen en Filmtheaters bevestigt dat beeld tegenover MetroNieuws: ook veel theaters en bioscopen hebben grote problemen. Concertorganisatie MOJO noemde in hetzelfde bericht hogere ticketprijzen zelfs al ‘onvermijdelijk’.

Duizenden bezoekers en een begrotingstekort
Ook TivoliVredenburg ontkomt niet aan de malaise, vertelt directeur Jeroen Bartelse: “Sinds begin 2022 hebben we een flexibel energiecontract, dus we pakken de volle mep mee van de stijging.” In 2022 alleen al zag TivoliVredenburg de energiekosten stijgen van zo’n 400.000 naar 1,3 miljoen euro, een onverwachts grote en niet op te vangen stijging, aldus Bartelse. “Het is een raar verschijnsel: sinds de coronacrisis achter de rug is, komen er duizenden bezoekers over de vloer. Het publiek is terug, ze hangen met de benen buiten, maar toch zitten we met een tekort op de begroting.”

Directeur Jeroen Bartelse, foto: TivoliVredenburg

In gesprek met de politiek
Naast directeur van TivoliVredenburg is Bartelse ook lid van de Taskforce Culturele en Creatieve Sector en covoorzitter van belangenvereniging Kunsten ’92. Inmiddels ligt de focus van de Taskforce voornamelijk op de energiecrisis. Bartelse: “We zijn al maanden in gesprek met de politiek om te kijken hoe we de onvoorziene kostenstijging kunnen opvangen. We hebben gepleit voor een aparte regeling voor de cultuursector, want het weerstandsvermogen van de cultuursector is laag.”

In coronatijd zagen we helaas dat het voor cultuur bestemde geld niet altijd op de goede plek terecht kwam

Mede dankzij de gesprekken die de taskforce voerde met de politiek, kon de cultuursector recent goed nieuws ontvangen: de landelijke overheid stelt 400 miljoen euro beschikbaar voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Daarnaast krijgen gemeenten en provincies 300 miljoen euro extra. “Het is fijn nieuws dat dit er nu door is”, zegt Bartelse. Hij heeft goede hoop dat met het extra vrijgekomen geld culturele organisaties geholpen worden, maar een concrete uitwerking is er nog niet. Hij roept culturele organisaties dan ook op om met elkaar en de gemeente in gesprek te gaan en daarover heldere afspraken te maken. “De gemeentes hebben beleidsvrijheid om het geld te verdelen naar eigen inzicht. In coronatijd zagen we helaas dat het voor cultuur bestemde geld niet altijd op de plek kwam waar het voor was bedoeld.” De nieuwe regeling geldt vanaf 2023. “Het geeft de sector als het goed is een zachtere landing. Die hebben we echt nodig om ons in te stellen op een nieuwe situatie, zowel wat betreft energie en stijgende prijzen als een ontwrichte arbeidsmarkt. Nu moeten we gaan werken aan structurele maatregelen om de weerbaarheid van de sector te vergroten.”

Eigen maatregelen
Het Gentse cultuurhuis VIERNULVIER (voorheen Kunstencentrum Vooruit) beaamt het verhaal van Bartelse. Coördinator Communicatie Elisah Vandaele vertelt dat ook zij te maken hebben met door het dak schietende kosten. “Alle ambitieuze plannen moeten worden opgeborgen door de energiecrisis”, vertelt ze. “Dat geldt voor bijna alle cultuurhuizen in België.”

Alle ambitieuze plannen moeten worden opgeborgen

Zelf doet VIERNULVIER er alles aan om de energiekosten te drukken, zonder dat dat ten koste gaat van de ervaring van de bezoeker. “VIERNULVIER is sinds kort aangesloten op het warmtenet van de stad Gent, waarmee we al het gas uit het gebouw hebben geweerd. Verder hebben we eerder al gewerkt aan ledverlichting, isolatie en nachtventilatie in plaats van koeling én ligt er een groendak op ons gebouw. Met de huidige situatie zijn we daarnaast veel kritischer gaan kijken naar ons verwarmingsbeleid: we zetten de verwarming pas aan onder de 19 graden en koelen pas actief boven de 27 graden.” Tot negatieve reacties of fleecedekens en handwarmers in de zalen heeft dat nog niet geleid, zegt Vandaele. “Maar winter is coming, dus we gaan wel zien wat dat geeft.”

Elisah Vandaele, foto: Kay Lacombe

Net als VIERNULVIER, neemt ook TivoliVredenburg maatregelen om de energiecrisis het hoofd te bieden, zoals koude-warmte opslag en ledverlichting. Bartelse: “We zetten een flink tandje bij en gaan voor installaties en verlichting werken met het principe ‘Uit, tenzij…’. Tijdens programma’s kunnen we de installaties niet uitzetten, maar we hebben de verwarming in de zalen wel twee graden naar beneden gedraaid. Ook doen we een nog dringender beroep op onze eigen mensen om te letten op onnodig verbruik en hebben we de verlichting aan de buitenkant van het gebouw uitgezet.”

Hogere ticketprijzen?
Naast deze kortetermijnoplossingen kijkt Bartelse ook vooruit, want de energiekosten blijven voorlopig hoog. “Corona heeft ons midscheeps geraakt, maar daar zijn we net goed uitgekomen. Nu krijgen we te maken met weer een crisis. Uiteindelijk zullen we toch meer inkomsten moeten genereren. Verhogingen van ticketprijzen komen dan ook in beeld. Daar zijn we wel heel voorzichtig mee, want we willen ons programma voor mensen met een kleine beurs en jongeren wel toegankelijk houden.”

En daar wringt de schoen. Want de energiecrisis blijft uiteraard niet beperkt tot enkel de culturele instellingen. Ook de bezoekers voelen de stijgende kosten in de portemonnee. Iets dat daardoor voor veel mensen als eerste sneuvelt, is een cultureel uitje. Veel culturele instellingen zijn dan ook voorzichtig met hogere prijzen, aangezien toegankelijkheid hoog in het vaandel staat.

Pay what you can
Om ervoor te zorgen dat iedereen kan blijven genieten van kunst en cultuur, is VIERNULVIER een aantal maanden geleden begonnen met het experiment Pay what you can. Vandaele: “We zijn altijd een cultuurhuis geweest that actually gives a fuck. We werken hier met 92 geëngageerde mensen, een hoopje wereldverbeteraars. Het idee om eens te experimenteren met flexibele ticketprijzen speelde al langer.”

We zijn altijd een cultuurhuis geweest that acually gives a fuck

Met Pay what you can kunnen bezoekers zelf bepalen voor hoeveel geld ze een ticket kopen. Daarbij hebben ze drie opties: een goedkoper ticket, de normale prijs of een duurder ticket. “We hebben op 24 november – twee maanden na de start – een eerste analyse gemaakt”, zegt Vandaele verheugd. “En we zien een hele mooie verdeling over de drie prijscategorieën: ongeveer veertig procent koopt het goedkoopste ticket, dertig procent het duurste en dertig procent zit in het midden. Het systeem houdt zichzelf dus in stand. Heel fijn om te merken dat er zoveel solidariteit is!” Ook bezoekers zijn enthousiast, merkt Vandaele. “Bezoekers met een goedkoper ticket zijn blij vanwege de besparing. En het geeft bezoekers met een duurder ticket een goed gevoel dat ze mensen met een kleiner budget in staat stellen een goedkoper ticket te kopen.”

Wegens het succes heeft VIERNULVIER het experiment verlengd en uitgebreid tot de gehele eigen podiumprogrammering. Voor de overige programmering blijft Pay what you can vooralsnog lastiger. Vandaele: “We kunnen verhuurpartijen niet verplichten om mee te doen aan het systeem. En voor de muziekprogrammering werken we vaak samen met andere partners, waardoor het ook lastiger is.” Toch zijn er ook in die programmatak ontwikkelingen bij VIERNULVIER: de experimentele concertreeks Ruiskamer gaat wel mee met Pay what you can.

Het Trappenhuis van VIERNULVIER, foto: VIERNULVIER

Goed voorbeeld doet volgen?
Terwijl VIERNULVIER blijft experimenteren met verdeelsleutels en over een jaar een uitgebreide analyse hoopt te hebben van het nieuwe ticketsysteem, wordt het systeem nog maar mondjesmaat doorgevoerd in de rest van de Nederlandse en Belgische cultuursector. Recent gaf Theater a/d Rijn aan het systeem te introduceren en er zijn nog een handjevol andere festivals en organisaties die Pay what you can omarmen. TivoliVredenburg zit daar nog niet bij. “In coronatijd hebben we er wel mee geëxperimenteerd”, zegt Bartelse. “Er zitten voor muziekprogrammering haken en ogen aan, omdat we te maken hebben met veel externe partijen. Maar we moeten in deze tijd op alle manieren kijken hoe we enerzijds toegankelijk blijven en anderzijds voldoende inkomen genereren, dus het is een interessant systeem. Zo zou het voor onze eigen producties al een stuk makkelijker te realiseren zijn.”

Het kan, met een beetje durf en geloof in de mensen

Sprong in het diepe
Vandaele snapt wel dat veel cultuurhuizen het nog niet aandurven met Pay what you can. “Het is toch een soort leap in the dark. We kunnen nu nog moeilijk meten of mensen door het systeem meerdere tickets kopen of dat er meer mensen naar ons cultuurhuis komen. Maar we zouden het ontzettend jammer vinden als bezoekers niet meer komen door ontwikkelingen die buiten de cultuursector liggen. Dus we moeten het proberen. Dat kan, met een beetje durf en geloof in de mensen.” Bartelse onderschrijft deze woorden: “Kunst en cultuur is een eerste levensbehoefte. Daarin willen we blijven voorzien. Het is daarom een bewuste keuze om voorzichtig te zijn met hogere ticketprijzen, want daarvoor is wat we bieden ons veel te lief.”

Tekst: Thijs van Beusekom, Culturele vacatures
Datum: 16/12/2022